“De natuur is niet je achtertuin”
“Heb je wel eens een Ransuil gezien?” We staan in de tuin van boswachter Chris van de Vliet. “Daaronder ligt witte poep. Als je dat ziet liggen, is het meestal van een roofvogel. Recht daarboven zit hij ergens tussen de bladeren.” Het is even zoeken, maar dan worden we aangekeken door een klein bruin uiltje met pluimpjes op zijn hoofd. Een prachtig gezicht. Chris is één van de vier boswachters van Landschap Noord-Holland. Samen met de gebiedsmanager en honderd vrijwilligers beheren zij natuurgebieden boven de lijn Alkmaar en Hoorn. Denk aan de duingebieden van Den Helder tot aan Callantsoog, het wad tot aan het Kuitje, het refugium naast de Donkere Duinen en nog vele andere kleine gebiedjes. Daarnaast controleert Landschap Noord-Holland of ook in de verpachte weidevogelgebieden aan alle natuurwetten wordt voldaan.
Wat vind jij het meest bijzondere gebied in de regio?
“Ik kom graag in de duinen, al van kinds af aan. We onderhouden het gebied en houden toezicht. Daarbij letten we op alles wat groeit en bloeit, maar bijvoorbeeld ook op mensen met honden. Eigenaren beseffen het niet altijd maar hun huisdier is een roofdier. Een niet aangelijnde hond is een risico voor alles wat je in de duinen tegenkomt. Van konijn tot vogeltje. Duingebieden hebben geen bomen, dus alles broedt op de grond. Een hond ruikt duizend keer meer dan een mens en heeft dus zo een nest te pakken. Maar eigenlijk verstoor je de natuur al met een voet of een hondenpoot buiten de paden.”
Hoe gaat het met de natuur in dit gebied?
“Ik heb de natuur in mijn leven constant zien veranderen en helaas ook achteruit zien gaan. Maar door de opwarming van de aarde krijg je ook andere bloemetjes en andere insecten. Je merkt het aan zo’n tijgerspin, die we nu in bijna al onze gebieden zien. Ik herinner me nog het eerste bericht over deze spin een paar jaar geleden in Noord-Brabant. Nu zit hij dus al hier. Het verandert allemaal. Evolutie hoort erbij.”
Verandert dat ook het werk van de boswachter?
“Je moet je werkzaamheden aanpassen als je de natuur ziet veranderen. Soms betekent het dat wij ons er meer mee moeten bemoeien. Dat is niet alleen van deze tijd hoor want vroeger gebeurde dat ook. In een dorp had iedereen een paar schapen. Deze lieten ze grazen in de duinen. Dat gebied hoefde dan niet bemest te worden want de schapen lieten hun keuteltjes vallen. Alleen maar gebiedseigen mest. Met ons beheer doen we precies hetzelfde, maar dan met Schotse Hooglanders. We proberen zo dicht mogelijk te blijven bij hoe het altijd is geweest. We zijn er alleen bewuster mee bezig.”
En wat levert dat op?
“De manier waarop wij nu gebieden beheren, bijvoorbeeld zonder bemesting, levert onder meer nieuwe bloemetjes op. De bijenorchis bijvoorbeeld. Twintig jaar geleden had ik niet durven denken dat die hier voor zou komen. Dat is een goeie ontwikkeling, daar doen we het voor.
Hoe gaat het eigenlijk met de tapuit? Doet die het nog steeds goed in ons duingebied?
“In Den Helder zijn we de koning te rijk met onze schone lucht. Daardoor is de bodem schoner, eten insecten van gezonde planten en vogels weer gezonde insecten. Daardoor leggen ze ook gezonde eieren. Dat is één van de redenen dat de tapuit hier goed gedijt. Het heeft ook te maken met het feit dat Noord-Holland jarenlang het hoogste aantal konijnen had. Tapuiten broeden graag in hun holen. Het hangt allemaal met elkaar samen. Ondertussen lopen schapen in de duinen om vergrassing tegen te gaan. Vogels als de tapuit rennen achter kevertje en vlinders aan, zij hebben kaal duin nodig en dat gaat dus niet als het gras te hoog is. Omdat wij dat ecosysteem goed in stand houden, kunnen vogels hier dus voldoende voedsel vinden. Je hoort mensen wel eens zeggen dat het hier een kale boel is, maar dat maakt onze duinen juist uniek.”
Je zei daarnet dat een voet buiten de paden, de natuur verstoort. Maar wat verstoor je precies in dat kale gebied?
“In de coronatijd zijn mensen meer gaan wandelen en zich gaan beseffen wat een geluk we hebben in zo’n mooi deel van Nederland te wonen. Dat is mooi. Maar de neiging van de paden af te wijken is groot. Zodra je eraf stapt, vertrap je mossen die daar in heel dunne laagjes groeien. Een vertrapt stukje mos, wordt in een paar maanden een gat dat jaren nodig heeft om te herstellen. Als mensen een stukje van het pad afsnijden, ontstaat een nieuw pad, waar anderen ook weer overheen lopen. Zo maak je dus een heel stuk duin kapot. Als je echt van het pad af wil wijken, ga dan een met een excursie van Landschap Noord-Holland mee. We organiseren jaarlijks een reeks wandelingen door verschillende gebieden, waarin we kennis delen over de natuur. Wat je begrijpt, kun je immers meer waarderen. Veel mensen nemen de natuur voor lief. Ze zien het als een recreatiegebied. Maar de natuur is niet je achtertuin, waar je alles maar kunt doen. Tenzij je met de boswachter bent, blijf op de paden. Dan geniet je net zoveel.”
Meer informatie vind je op www.landschapnoordholland.nl